Ontroering / Émotion
Fragment 1 van 1
De ontroering: waarom zou zij afkerig zijn van het genot (ten onrechte zal ik haar geheel aan de zijde van de sentimentaliteit, van de morele illusie)? Ze is een verwarring, een bijna-in-zwijn-vallen: iets pervers onder het mom van fatsoen; ze is misschien zelfs de meest sluwe wijze om zich te verliezen, want zij weerspreekt de algemene regel die aan het genot een vaste vorm wil geven: krachtig, onstuimig, ruw: iets wat noodzakelijk gespierd, gespannen, fallisch is. Tegen de algemene regel: zich nooit van de wijs laten brengen door het beeld van het genot; bereid zijn het overal te herkennen waar plotseling een storing in de liefdesregulatie optreedt (voortijdig, vertraagd, ontroerd genot, enzovoort): de hartstochtelijke liefde als genot? Het genot als wijsheid (wanneer het erin slaagt zichzelf buiten zijn eigen vooroordelen te begrijpen)?
Noten en annotaties
Er zijn voor dit fragment nog geen annotaties beschikbaar